Iedereen is wel ergens bang voor. Voor het verliezen van een baan, falen van een opdracht of voor ruzie met iemand. Angst is een gevoel naar aanleiding van een idee. Naarmate je het idee of de gedachte onderzoekt, ontdek je hoe reëel de gedachte is en in hoeverre het betrekking heeft op jouw situatie.
Er is niets mis met angstige gevoelens. Angst kan je helpen om jezelf veilig te houden. Als je aan het bergbeklimmen bent, een wild dier tegenkomt of te hard rijdt, is angst een goede raadgever. Ook als je zaken doet met iemand waar je een onveilig gevoel bij krijgt, is dat iets om serieus te nemen. Je spreekt dan van functionele angst. Een ander soort angst is chronische angst. Dit zijn angstige gevoelens die je beperken om actie te ondernemen, om te groeien en zelfs om jezelf te zijn. Je zorgen maken is daar een duidelijk voorbeeld van. Als je je zorgen maakt, kost dat veel energie. Je voelt je machteloos en haalt je van alles in je hoofd. Het beperkt je eerder dan dat het je helpt!
1. Ontdek jouw denkpatroon
We hebben per dag meer dan 65.000 gedachten waarvan 95% dezelfde gedachten zijn als de dag daarvoor. Deze gedachten vormen denkpatronen in onze hersenen. Deze denkpatronen zijn grotendeels negatief en vaak doorgegeven via onze (voor)ouders en verzorgers. Om de keten te doorbreken, is het nodig om je denkpatronen te herkennen.
Eerst is er een idee, een gedachte. Dan volgt er een gevoel of emotie. De reactie daarop is een actie. Dit uit zich in bepaald gedrag. Dit gedrag kan destructief zijn of in ieder geval je beperken. Om chronische angst te relativeren, begin je met het onderzoeken van je gedachtes. Hoe reëel en relevant zijn die?
2. Herkader je gedachten
Een speelse manier om flexibeler met je gedachten om te gaan is ‘herkaderen’. Door gedrag of een situatie in een ander kader te plaatsen, ontdek je nieuwe dingen. Je stimuleert je creatieve brein en gaat op zoek naar de mogelijke intenties achter gedrag of de hogere betekenis van een situatie. Wat zou ook waar kunnen zijn?
Door te spelen met mogelijkheden geef je ruimte aan je gedachte. Het staat niet meer zo vast. Je kunt steeds flexibeler denken. Dit helpt om je angsten te relativeren en geeft je ruimte voor nieuwe inzichten.
3. Wat wil je wel?
Als er ‘gevaar’ is, focus je je op je zorgen. Je vergeet te bedenken en te voelen wat je wel wilt. Je kunt leven vanuit liefde of vanuit angst. Al ons gedrag is terug te brengen naar een van die twee uiterste. Als je je leven leeft vanuit liefde, volg je je hart. Je hart volgen klinkt mooi en misschien zelfs een beetje zweverig, maar niets is minder waar. Als je je hart volgt vraagt dat om moed. Moed om keuzes te maken en te staan voor waar je in gelooft. Moed om de actie te ondernemen die nodig is.
Iedereen heeft te maken met angsten. Alleen bij de één zie je ze nauwelijks. Wij zijn geneigd om te leven vanuit comfort. Zodra we uit onze comfortzone stappen ervaren we in meer of mindere mate angst. Leiders zijn mensen die angst ontleden, herkaderen en zich focussen op wat ze wel willen. Leiders zijn degene die laten zien dat je zelfs mét angst wel in actie kan komen. Als je geluk hebt werk je met zulke mensen. Zij zijn degene die het verschil kunnen maken.
Geschreven door Susanne Amoraal
Laat hieronder een bericht achter of bel ons op 085 – 06 08 940. Je ontvangt binnen 1 werkdag een reactie van ons!